Het kabinet heeft besloten om de STAP-regeling te beëindigen. Het STAP-budget is een subsidie voor het volgen van een scholing. Het is een geldbedrag van maximaal € 1.000 dat werkzoekenden en werkenden één keer per kalenderjaar kunnen gebruiken om een cursus te volgen. De overheid maakt hier vanaf 1 januari 2024 geen middelen meer voor vrij. Dit moet vanaf 2024 330 miljoen euro per jaar besparen. Voor de OR kan dit een aanleiding zijn om het opleidingsbeleid op de agenda te zetten.
STAP-regeling is omstreden
Het STAP-budget is sinds de start in 2022 omstreden. Zo waren er technische problemen bij de aanvraagprocedure, waardoor mensen urenlang in een digitale wachtrij stonden en de budgetten waren iedere keer zo op. Ernstiger was het grootschalige misbruik. Opleider Civas wist een omzet van bijna 5 miljoen euro te realiseren met cursussen over edelsteentherapie en het analyseren van kindertekeningen. Ook werden opleidingen opeens fors duurder, omdat de overheid subsidie gaf.
Ontwikkelen
Ondanks de beëindiging van het STAP-budget, blijft de noodzaak voor een leven lang ontwikkelen bestaan. Zeker binnen de huidige situatie op de arbeidsmarkt. Daarom bekijkt minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de komende periode op welke manier zij dit kan blijven stimuleren. Organisaties kunnen hun scholingsbudget verhogen en de regeling toegankelijker maken voor medewerkers. De OR kan hiervoor pleiten en een initiatiefvoorstel maken. Als de regeling voor personeelsopleiding verandert dan heeft de OR instemmingsrecht (artikel 27 lid 1f).